“En, pathopsychology
wat ga je doen in Bristol?”, vroegen mensen in België me.
“Deaf Studies”.
Op dat antwoord konden verschillende reacties volgen:
[1] “Ik weet niet wat dit is maar ik doe alsof ik het wel weet want ik durf niet verder te vragen”. Reactie: “Ah, interessant!” En daarmee was de kous dan af.
[2] “Deaf Studies? Dat is dan veel gedragspsychologie enzo?” Alsof de Dovengemeenschap met de hulp van wat stimuli en responsen volledig te vatten is.
[3] “Deaf Studies…? En wat is dat?” Zowat de meest eerlijke reactie. Ik probeerde dan steeds de vergelijking te maken met “Women Studies”, “Black Studies” en ook wel “Disability Studies”. Soms kregen mensen er dan een beter beeld van. Soms ook niet.
Een enkeling dacht zelfs dat ik een jaar naar hier zou komen om “te leren horen”.
Voor alle duidelijkheid (en kort en bondig): Deaf Studies is de studie van de taal, gemeenschap en cultuur van Dove mensen. Daarbij wordt vertrokken van een socio-cultureel, en soms ook politiek perspectief. Het medisch perspectief, waarbij gefocust wordt op het niet kunnen horen, is hier uit den boze.
Ik zal hier (om er maar enkele te noemen) vakken krijgen zoals “Sign Linguistics”, “Deaf History and Deafhood”, “Assessment of Deaf Children in Educational Settings”, “Sociolinguistics of Signed Languages”, “Health and Mental Health in the Deaf Community”, “Research Methods in the Study of Deaf People, their Language, Community and Culture” en “Deaf Studies in Perspective”. Een bonte mix dus van linguïstische, culturele, sociale, geschiedkundige, onderwijskundige, juridische en politieke perspectieven.
Bristol wordt voor één jaar mijn thuisbasis. Hier is immers het Centre for Deaf Studies (CDS) gevestigd, traumatologist midden in de universiteitsbuurt, click meer bepaald in Woodland Road.
Vanop dit weblog probeer ik jullie regelmatig te berichten over m’n belevenissen hier!
Vandaag in CDS een korte inleiding gehad over de taal— en communicatiepolitiek aldaar. Naar de horende studenten toe was men erg duidelijk: “Do not use your voice in signing class, and and sign at all time in CDS!”. Inderdaad, web een full sign language environment.
Ook in ons Student Handbook heeft men het over de filosofie van CDS: “The Centre’s philosophy is to view the Deaf community as a social and linguistic minority rather than as a group of disabled people. In keeping with this, the dominant language at CDS is British Sign Language, which is used whenever Deaf people are present, in all locations (i.e. the foyer, coffee room, corridors, meeting rooms, offices, classrooms). All students are required to adopt this philosophy.”
Van sommige mensen hier weet ik nog steeds niet of ze Doof of horend zijn. En dan weet je dat het goed zit. De communicatiepolitiek van CDS is trouwens online te vinden. De moeite waard om eens te lezen.
Vandaag in CDS een korte inleiding gehad over de taal— en communicatiepolitiek aldaar. Naar de horende studenten toe was men erg duidelijk: “Do not use your voice in signing class, and and sign at all time in CDS!”. Inderdaad, web een full sign language environment.
Ook in ons Student Handbook heeft men het over de filosofie van CDS: “The Centre’s philosophy is to view the Deaf community as a social and linguistic minority rather than as a group of disabled people. In keeping with this, the dominant language at CDS is British Sign Language, which is used whenever Deaf people are present, in all locations (i.e. the foyer, coffee room, corridors, meeting rooms, offices, classrooms). All students are required to adopt this philosophy.”
Van sommige mensen hier weet ik nog steeds niet of ze Doof of horend zijn. En dan weet je dat het goed zit. De communicatiepolitiek van CDS is trouwens online te vinden. De moeite waard om eens te lezen.
Deze info is al een beetje gedateerd, side effects
maar toch. Van 3 tot 9 oktober 2005 was het in Engeland Learn to Sign Week. Dit initiatief van de British Deaf Association (BDA) wil British Sign Language (BSL) een week lang in het middelpunt van de belangstelling plaatsen, page
en horende mensen aanmoedigen om BSL te leren. Zo kunnen geïnteresseerden bijvoorbeeld gratis een les BSL volgen.
De BDA lanceerde ook een nieuw BSL logo, dat in winkels, stations of andere publieke plaatsen gehangen kan worden om aan te geven dat er BSL wordt gebruikt. Een beetje vergelijkbaar met de bordjes die je in het buitenland in de horeca tegenkomt: “Hier spreekt men Engels.”
Dorothy Miles (1931-1993) is nog steeds één van de meest bekende en vaakst genoemde namen wanneer het gaat over sign language poetry. Ter ere van haar werd het Dorothy Miles Cultural Centre opgericht. Dit cultureel centrum neemt in oktober deel aan het Guilford Book Festival en organiseert in het kader daarvan twee sign language poetry events op 24 oktober in Surrey, pancreatitis Guildford (op een uurtje van Londen).
In de namiddag is er een workshop, pilule geleid door Dr. Rachel Sutton-Spence (waarvan ik ook les zal krijgen in Bristol) over de poëzie van Dorothy Miles.
‘s Avonds is er “Here are my wings — A Celebration of Sign Language Poetry”, een voorstelling door Paddy Ladd, Paul Scott en Rachel Sutton-Spence.
Er is geen voorkennis nodig van BSL of een andere gebarentaal en er zal een tolk aanwezig zijn. Daardoor staat het evenement open voor zowel horenden als Doven!
Dat was ook één van de dromen van Dorothy Miles, en is nu één van de streefdoelen van het cultureel centrum zelf: “Enhancing communication and understanding between deaf and hearing people through social, cultural and educational activities”.
Dorothy Miles (1931-1993) is nog steeds één van de meest bekende en vaakst genoemde namen wanneer het gaat over sign language poetry. Ter ere van haar werd het Dorothy Miles Cultural Centre opgericht. Dit cultureel centrum neemt in oktober deel aan het Guilford Book Festival en organiseert in het kader daarvan twee sign language poetry events op 24 oktober in Surrey, pancreatitis Guildford (op een uurtje van Londen).
In de namiddag is er een workshop, pilule geleid door Dr. Rachel Sutton-Spence (waarvan ik ook les zal krijgen in Bristol) over de poëzie van Dorothy Miles.
‘s Avonds is er “Here are my wings — A Celebration of Sign Language Poetry”, een voorstelling door Paddy Ladd, Paul Scott en Rachel Sutton-Spence.
Er is geen voorkennis nodig van BSL of een andere gebarentaal en er zal een tolk aanwezig zijn. Daardoor staat het evenement open voor zowel horenden als Doven!
Dat was ook één van de dromen van Dorothy Miles, en is nu één van de streefdoelen van het cultureel centrum zelf: “Enhancing communication and understanding between deaf and hearing people through social, cultural and educational activities”.
Het lijkt wel uit een tekenfilm gegrepen, weight loss
wat vanavond door één van de Doven hier in de pub verteld werd.
De Dove moeder van de jongen in kwestie zat vroeger op school samen met blinde kinderen. Ook tijdens het eten zaten de twee groepen samen, de dove kinderen aan de ene kant van de tafel, de blinde kinderen aan de andere. Hoe de communicatie tussen deze twee groepen dan wel moest verlopen, ik weet het niet, maar het eten was in ieder geval niet lekker. En alle kinderen werden verplicht hun bord leeg te eten. Nu hadden de dove kinderen daar (natuurlijk) al snel iets op gevonden. Zonder dat die het merkten, schepten ze stiekem, lepel per lepel, het eten van hun eigen bord over op dat van hun blinde tafelgenootjes. Die begrepen niet waarom hun bord maar niet leegraakte, en bleven eten.
Gevolg: de blinde kinderen waren allemaal dikkerdjes, de dove kinderen bleven mager. Je kon meestal van op afstand zien wie doof was en wie blind.
Dit verhaal in BSL, en je komt niet meer bij van het lachen!
Harry Potter? Wat heeft die met Deaf Studies te maken?
Wel, more about veel meer dan je op het eerste zicht zou denken.
De boeken van J.K. Rowling zijn al vaak aan analyses allerhande onderworpen, glands maar een Deaf Studies-perspectief blijkt nieuwe inzichten op te leveren. Czubek en Greenwald bekijken in hun recent artikel in het Journal of Deaf Studies and Deaf Education de wereld van Harry Potter door een Dove bril, clinic en komen daardoor tot opmerkelijke parallellen. Het is onmogelijk om deze hier allemaal te beschrijven, maar ik pik er enkele interessante uit.
– Het feit dat 95% van de dove kinderen horende ouders heeft, maakt de Dovenwereld uniek ten opzicht van andere minderheden. Dit creëert een situatie waarin ouders en kinderen niet dezelfde taal en cultuur delen. Horende ouders hebben in de meeste gevallen nog nooit contact gehad met Doven. In de wereld van Harry Potter krijgen ouders die geen toverkracht hebben “toverkinderen”, maar er zijn ook “toverouders” die kinderen krijgen zonder toverkracht. Zowel in de Dovenwereld als in die van Harry Potter, verschillen ouders en kinderen dus vaak in significante opzichten van elkaar.
– Dove kinderen van horende ouders krijgen nog dikwijls —door onwetendheid of door bewuste intenties van de ouders— geen kans om in contact te komen met de Dovenwereld. Vaak wordt hen ook alle informatie daarover onthouden. Daardoor zijn er nog steeds dove kinderen die denken dat ze later horend zullen worden, omdat ze nog nooit een Dove volwassene hebben gezien. Ook Harry Potter groeit op zonder enig idee van de “magische wereld” en zonder enig idee wie hij werkelijk is. Harry’s pleegouders Tante Petunia en Nonkel Harry vertellen hem niets over zijn biologische “toverouders”.
– Ook de “normaliseringsgedachte” is een steeds terugkerend thema in Rowlings boeken. Doven worden nog vaak geconfronteerd met de pathologische visie dat ze gehandicapt zijn en “normaal” zouden moeten worden (bijvoorbeeld door een CI). Op net dezelfde manier proberen Harry’s pleegouders hem te maken tot iemand die hij niet is of wil zijn.
– Toverkinderen worden opgeleid in Hogwarts, de school voor tovenarij. Harry’s pleegouders zien hem niet graag naar Hogwarts vertrekken, omdat de school tovenarij stimuleert, alsook relaties tussen toverkinderen. Ook horende ouders hebben vaak angst om hun kinderen “kwijt te raken” aan de Dovenwereld (terwijl voor de Dovengemeenschap de dovenscholen net een speciale waarde hebben —om tal van redenen).
– Net zoals op een dovenschool de dove kinderen van horende ouders veel leren van Dove kinderen van Dove ouders (taal, cultuur, omgangsregels, …) leert ook Harry veel van de Weasleys, de toverfamilie van zijn beste vriend Ron.
– In de wereld van Harry Potter zijn er ook toverouders met kinderen die geen toverkracht hebben. Deze groep komt echter enkel maar voor in het eerste en het vijfde boek, wat overeenkomt met de nog relatief weinig aandacht voor CODA’s (Children of Deaf Adults).
– Onderwezen worden door andere tovenaars, heeft voor de leerlingen in Hogwarts een speciale waarde, net zoals Dove leerkrachten voor dove kinderen rolmodellen zijn.
– Een laatste interessante parallel is de volgende: ondanks de vele problemen met de “gewone” wereld, komt de grootste bedreiging voor tovenaars vanuit de toverwereld zelf (in de vorm van Lord Voldemort). Voldemort creëert door zijn pogingen om de toverwereld te vrijwaren van invloeden uit de “gewone” wereld, angst, paranoïa en verdeeldheid. Hier is een duidelijke parallel te zien met de (helaas) bekende “crab theory”. Deze theorie stelt dat minderheden leden van de eigen groep die succes hebben en/of vooruit willen komen in het leven, op tal van manieren proberen tegen te werken (net zoals krabben in een mand — als één krab probeert eruit te kruipen, wordt hij door de anderen weer naar beneden gehaald).
De auteurs geven tot slot nog aan dat dit soort analyses een belangrijke rol kunnen spelen in het dovenonderwijs. Door de link die ze kunnen leggen met hun eigen cultuur, leren dove kinderen literatuur appreciëren.
Volledige referentie van het artikel: Czubek, T.A. & Greenwald, J. (2005). Understanding Harry Potter: Parallels to the Deaf World. Journal of Deaf Studies and Deaf Education, 10:4, 442-450.
Leave a Reply